2016
Wachten
een vrouw wacht op de trein
de laatste trein
vreemd
waar wil ze zo laat heen
de wind wakkert aan
de vrouw zit ongemakkelijk
trekt haar knieën op en rilt
de vrouw is jong en mooi
schoonheid is een schil waarin
wie weet welke wereld woont
misschien het besef
dat de puzzel
nooit zal kloppen
dat misschien
steeds stukjes ontbreken
ze twijfelt
is onrustig
is de trein te laat?
heeft ze zich vergist?
wolken stapelen de hemel dicht
de jonge vrouw kijkt somber
en wacht
vanuit de verte
klinkt stil
dan geleidelijk luider
de dwingende cadans
van een aanrijdende trein
dodeskadén, dodeskadén, dodeskadén
dodeskadén
ze verbijt haar ongeduld
nog even
de trein schuurt de laatste bocht in
de machinist ziet het signaal
plots
een jonge vrouw
gehurkt op de rails
hun blikken kruisen
de machinist slaat verbijsterd
op de noodrem
de trein krijst verder over de sporen
catastrofaal stipt
brengt de trein
pijn
vergeving
verlossing
voltooiing….
stil schuiven mensen aan
een bloem
de groet aan een glanzende kist
een omhelzing
wie kan haar ooit vergeten?
vergeven?
want wie heeft
wat
waarom beslist?
was het heimwee
diep onzegbaar verdriet
verwarring ?
hoeveel werelden kan
een enkele trein
stuk rijden?
leven is een luchtbel
zweven tussen hel en heel zijn
|